Jeep Koopstra voelde zich in tegenstelling van zijn drie broers niet geroepen om boer te worden en koos als jongeling ervoor met een koffer vol kleding de boer op te gaan. Om zekerheid voor een goede belegde boterham te verkrijgen greep hij de kans op vast werk aan en werd dus knecht bij bovenomschreven Fa.H.B. de Boer Wijnjewoude- Bakkeveen.
De vrijheid die een boerenjongen van nature in zich heeft, om eigen baas te zijn, kreeg de overhand en dank zij de medewerking van zijn baas kwam er de gloednieuwe winkel op Klein Groningen. Met hard werken en lange dagen maken werd een goed bestaan opgebouwd. Er werd zeker niet met de handen over elkaar op de klant gewacht. Naast de winkel die mede met vrouw Afke en dochter Annie werd gerund pakte hij zijn allereerste start in de kledingsector weer op en ging wederom de streek op met de koffer. Niet lukraak maar één of tweemaal per jaar werd een kaartje gestuurd met daarop de boodschap” Bericht van Komst” en dan het tijdstip. Bij het bezoek daarna aan de klant werd een koffer vol voorbeelden getoond waaruit in alle vrijheid een keuze kon worden gemaakt. Een bestelling die daar uit voortvloeide werd op een later tijdstip bezorgd.
Ook deze zaak kreeg met de veranderende tijden te maken. Om zijn vaste klanten ook de steeds grotere keuzes te bieden op kledinggebied ging hij soms op verzoek mee naar winkels voor een advies. Natuurlijk zal hij daarvoor wat provisie van de bezochte zaak hebben ontvangen.